Salamanca – Via de la Plata

59 km 450↑m naar Guijuelo

De route begint met 15 km over de Vía Verde de la Plata, een voormalige spoortraject dat nu als fietspad-track dient. Dit leidt je tot aan Alba de Tormes, een oude bedevaartsoord met veel kloosters en kerken rond een leuk centraal pleintje. Je fietst verder langs een rivier en dan een stuwmeer met prachtige vergezichten tot aan Guijuelo, een bijzonder stadje zonder toeristen maar wel de Spaanse ‘hoofdstad’ van de Iberische ‘pata negra’ ham.

57 km 640↑m naar de Sierra de Francia

Het eerste deel van deze rit gaat door het meest kenmerkelijk landschap van west-Spanje: de ‘dehesas’ Deze zijn lichte, open bossen van voornamelijk steeneiken waar schappen, Iberische varkens en runderen grazen en tegelijk een uitstekende biotoop vormen voor andere dieren, met name vele soorten vogels.

In het tweede deel van de rit stijgt het plateau richting het middelgebergte en veranderd ook de vegetatie tot soorten die van een wat vochtiger en koeler klimaat houden, zoals beukeiken, essen en varens. Op een kronkelend weggetje over een bergrug bereikt je dan een prachtig gebied: de Sierra de Francia, met zijn oeroude bossen en charmante dorpjes die je de komende dagen gaat verkennen.

Rustdag, wandeling ‘Bosque de los Espejos’ of rondrit naar de ‘Peña de Francia’ 44 km 1080↑m

Vanaf je fraai gelegen landelijk hotel kun je vandaag een boeiend en plezierige wandeling maken. Deze leidt naar drie juweeltjes van dorpen: San Martín del Castañar, Casas del Conde en Sequeros. In het bos tref je hier en daar kunstwerkjes die de wandeling nog leuker maken. De totale wandeling is 16 km die desgewenst ingekort kunnen worden.  

Wie liever een fietsuitdaging aangaat, kan de plaatselijke, kleinere maar mooie versie van de Mont Ventoux beklimmen: de ‘rots van Frankrijk’  Genaamd, net als de hele omgeving, naar de Franse kolonisten die dit gebied in de 12de eeuw bevolkten.  

22 km 550↑m naar La Alberca

In deze korte maar pittige rit dal je af in het dal-kloof van de río Francia en klim je weer eruit om nog twee mooie dorpen te verkennen: Mogarraz en La Alberca, waar je overnacht. De combinatie van natuursteen en vakwerk in hun volksarchitectuur en de soepel overgang tussen dorp en bos maken deze dorpen bijzonder en erg leuk om erdoor te slenteren. 

66 km 930↑m naar Hervás

Deze is de koninginnenrit, met spectaculair fietsen dwars door de uitlopers van de sierra’s tussen Salamanca en Extremadura. De omgeving is een combinatie van weelderig vegetatie, weiden en rotspartijen, met zicht op de hogere bergen in de achtergrond. Voorbij het stadje Béjar rijd je weer op de Vía Verde de la Plata, met en een panoramische afdaling aan het einde van de rit.  

Hervás is een grotere dorp in een dal met kersenboomgarden. Zijn middeleeuwse Joodse wijk ziet er prachtig uit tijdens een kleine avond wandeling. 

40 km 150↑m naar Plasencia

Vandaag vervolg je de Via Verde de la Plata door een brede dal in doorgaans lichte afdaling. De Vía loopt mooi door een kloof Plasencia binnen, waar je al in de oude kern weer even omhoog fietst tot je Parador hotel.   

Na de vrij makkelijke tocht van vandaag kun je voor de rest van de dag kiezen tussen het comfort van je accommodatie of Plasencia te verkennen, een leuk stadje met precies de afstanden en bezienswaardigheden voor een aangenaam stadswandeling; bijvoorbeeld langs de stadswal, oude en nieuwe kathedraal, herenhuizen en paleizen, aquaduct en Plaza Mayor.  

65 km 720↑m naar Monfragüe  (of 40 km 420↑m directe route)

Vandaag kun je kiezen tussen met een omweg langer fietsen en meer zien, of op de directe weg naar de volgende accommodatie. In beide vormt het nationaal park van Monfragüe het hoogtepunt.

Behalve vermoeidheid we raden de omweg aan want deze maakt de rit een stuk interessanter: je rijdt langs half-verlaten tabaksplantages en dan een tijd langs de rivier de Tiétar, al in het park. Op een kleine weg bereik je meerdere uitzichtpunten op rotspartijen en roofvogels, in het gezelschap van meer herten dan mensen.  

Beide opties gaan in ieder geval door het dorpje/informatiecentrum midden in het park en langs het meest beroemde uitzichtpunt en vogels observatie plek: ‘Peña Falcón’ De rit wordt afgerond door een mooie stuk dehesa al aan de zuidelijke kant van het park. 

40 km 500↑m naar Trujillo

De laatste rit is gewoon een ‘home run’: blik in het oneindige en dezelfde weg de hele tijd volgen zonder andere bijzonderheden dan het oversteken van de dalen van twee rivieren. De spieren worden nog wel aangesproken als je geleidelijk hoogte wint naar het plateau waar Trujillo over de omgeving troont.

De eenvoudige rit laat je genoeg tijd om de bijzondere overnachtingplaats te verkennen: Trujillo is een mooi, aangenaam stadje en boeiend als geboorteplaats van Francisco Pizarro, Orellana en andere van Americas conquistadores.

Geniet van een wandeling om de 13de eeuws stadsmuren, met brede uitzichten op het plateau, en door zijn stegen, pleintjes en tuinen, met overal oude herenhuizen en paleizen. Eten op een terras aan het prachtige Plaza Mayor vormt een prachtige afronding van de fietsreis.

Vertrek: taxi naar Cáceres (trein naar Sevilla/Madrid) of naar Navalmoral (trein naar Madrid)

De dag van tevoren spreek je een taxi transfer af (inbegrepen) Deze neem je van het Parador van Trujillo naar keuze tot aan:

Cáceres, treinstation of hotel van eigen boeking. Een overnachting in deze prachtige stad is uiteraard zeer aan te raden. Vanaf Cáceres vertrekken meerdere treinen per dag naar Sevilla en Madrid, beide rond 4 uur reistijd en € 35 per persoon. 

Of het treinstation van Navalmoral de la Mata, waarvan meerdere treinen per dag naar Madrid vertrekken. Rond 2 uur reistijd en € 25 per persoon.

Zie voor beide: renfe.com